Het Limburgse landschap van start-ups heeft de afgelopen vijf jaar een enorme versnelling ondergaan. Ze doen het beter dan ooit. En dat is voor een groot deel te danken aan de inspanningen van de investeringsmaatschappij LRM en het netwerk Limburg StartUp (LSU). Limburg mag best trots zijn op zijn start-ups. Dat besluit professor Omar Mohout uit een studie naar aanleiding van het tweejarig bestaan van LSU.
Twee jaar geleden werd het platform Limburg StartUp boven de doopvont gehouden. Bedoeling was om de vele jonge bedrijfjes in Limburg één aanspreekpunt en groot netwerk te bieden voor al hun vragen en problemen. Daarnaast zijn een grote groep van ervaren ondernemers bereid gevonden om als coach voor al die jonge wolven op te treden. “En dat heeft zeker bijgedragen aan het bloeiend landschap van start-ups in Limburg”, zegt professor Omar Mohout, verbonden aan de Antwerp Management School en het centrum voor technologische industrie Sirris. Mohout is zonder meer dé academische autoriteit op het vlak van start-ups.
Visie
“Behalve het goede werk van LSU, dankt Limburg haar bloeiende start-upcommunity ook aan de Limburgse investeringsmaatschappij LRM, die niet enkel in start-ups zelf, maar ook in tal van incubators heeft geïnvesteerd. Sommige steden hebben een visie en specifiek beleid gericht op start-ups. Maar behalve Limburg heeft geen enkele provincie een dergelijke visie.”En dat heeft tot opmerkelijke resultaten geleid, zegt Mohout.
“Bijna de helft (46 procent) van de Limburgse start-ups zijn de afgelopen vijf jaar geboren. Hasselt verstevigt ook haar positie als vijfde start-upstad van Vlaanderen, na Brussel, Gent, Antwerpen en Leuven. Ook Genk en Beringen scoren hoog.”
Opmerkelijk, de Limburgse jonge bedrijven staan ook verder dan in de rest van Vlaanderen. Limburg telt 41 procent jonge bedrijven die in een groeifase ( scale-up) zitten. In de rest van Vlaanderen is dat 38 procent (zie tabel). De Limburgse start-ups zijn ook meer gegeerd als overnameprooi. Meer dan een tiende van de Limburgse jonge bedrijven is al overgenomen door grotere bedrijven. “Dat zegt veel over de kwaliteit van de Limburgse start-ups”, aldus Mohout.
Industrie
Daarnaast zijn de Limburgse start-ups gevoelig meer gericht op B2B (diensten of producten voor andere bedrijven) en minder op B2C (diensten of producten voor consumenten). En opvallend: 3D-printing is vooral in Limburg een hot issue. “Dat heeft ongetwijfeld te maken met de hogere aanwezigheid van de maakindustrie in Limburg”, zegt Mohout. “Veel Limburgse start-ups hebben zich daarop gericht.”
Merkwaardig is dat maar liefst 30 procent van de Limburgse start-ups een bruggenhoofd ( branch) hebben in de VS, en 18 procent in Nederland. “Dat heeft ongetwijfeld te maken met de luchtbrug die LRM heeft ingelegd tussen Limburg en de Belgian-American Chamber of Commerce (BelCham) in New York”, aldus Mohout. “Dat is natuurlijk fantastisch, maar tegelijk laten de Limburgse start-ups de grote en nabije Duitse markt opvallend links liggen. Daar is nog werk aan de winkel.”
Eveneens opvallend: de Limburgse start-upgemeenschap telt opvallend meer vrouwelijke starters en CEO’s. “Dat is zeer merkwaardig”, aldus Mohout. “Zelfs in landen als Denemarken en Noorwegen scoren de vrouwelijke starters niet hoog. Ik vermoed dat in Limburg door de moeilijke economische toestand in het verleden – de sluiting van de mijnen, Ford Genk en Philips Hasselt – de zelfredzaamheid bij de vrouwen is gegroeid. Zij kiezen daarom meer dan in andere regio’s om hun eigen job te scheppen. De Limburgse dames hebben van de nood een deugd gemaakt.”
Miljoenenclub
Tot slot zijn negen Limburgse start-ups volgens Omar Mohout toegetreden tot de zogenaamde ‘1-miljoen-euroclub’. Het gaat om scale-ups die minstens 1 miljoen euro aan middelen hebben weten aantrekken. Tot de club behoren Bloom Technologies, Cubigo, Joyn, FibriCheck, Enervalis, TrendMiner, Arkite en Ambassify. Ook X-Fab, de groep van halfgeleiders uit de stal van Roland Duchâtelet en met hoofdzetel in Tessenderlo, behoort in principe tot de club. X-Fab haalde het afgelopen jaar 400 miljoen op bij zijn beursgang in Parijs.