De Belgische start-up wereld is booming. Nooit waren er in België meer startende ondernemingen dan in 2016. Maar is het niet dringend tijd om stil te staan bij de groeimogelijkheden van deze nieuwe bedrijfjes? Als we willen dat deze bedrijven uitgroeien tot volwaardige spelers op de (inter)nationale markt is het tijd voor actie.
Nooit eerder gingen jongeren zo massaal hun ondernemersdroom achterna. Startersinitiatieven en incubatoren schieten als paddenstoelen uit de grond. Allemaal zorgen ze voor boeiende en meer dan noodzakelijke activiteiten en leerprogramma’s, iets wat ik uiteraard alleen maar toejuich. Maar we zien één belangrijk ding over het hoofd: het is naïef om te denken dat succesvolle starters in België blijven hangen en niet verkassen naar andere landen waar er meer professionals wonen met de juiste skills.
Nu de inspanningen voor starters zijn eerste vruchten begint af te werpen en bedrijven beginnen te groeien, is het tijd om de juiste profielen te overtuigen om mee in het start-up avontuur te stappen. Dat er een te kort is aan goed opgeleide mensen, wordt ook bij de organisatie van de eerste Starter & Technology Job Fair nog eens duidelijk. Meer dan 50 ondernemingen in de ICT-wereld zijn op zoek naar nieuwe mensen. Er staan maar liefst 100 vacatures open binnen Limburg. Al deze ondernemingen zijn op zoek naar werknemers met digitale skills. Deze nieuwe bedrijven zijn onze toekomst én die van onze kinderen. Met meer dan 85 starters en 100 ICT-bedrijven op Corda Campus, ligt de focus meer dan ooit op ICT en nieuwe technologieën. En dat is nodig, want binnen tien jaar is meer dan 90 procent van de wereld verbonden met het internet.
Het is kortzichtig om te geloven dat zelfrijdende auto’s, robots en andere technologische hoogstandjes ons leven pas binnen 20 jaar zullen veranderen. Een groot deel van de jobs die we nu kennen zullen verdwijnen, nieuwe jobs bij nieuwe bedrijven duiken nu al dagelijks op.
Wensen we dat deze bedrijven de toekomst voor onze regio verzekeren, dan moeten we de angst om voor een start-up te werken, doen verdwijnen. Onze professionals met ICT-skills moeten mee in het start-up bad getrokken worden of we dreigen ze te verliezen aan andere landen. Landen waar jongeren wel klaar zijn om mee op de digitale kar te springen en zich te wagen aan een ambitieus en toekomstgericht avontuur.
Willen we een nieuwe generatie slimme bedrijven op de markt brengen en zo onze economie verzekeren? Dan moeten alle sectoren, industrieën, scholen en overheden nù beginnen samenwerken of we kijken binnen enkele jaren hoofdschuddend terug naar vandaag. Naar het moment dat we in Limburg meer dan 100 openstaande vacatures hadden, maar ze niet tijdig kregen ingevuld. We moeten deze jonge starters begeleiden zodat ze kunnen meedraaien in een speelveld dat elke dag harder en sneller gaat en waar bovendien veel kapitaal mee gemoeid is. Niet alleen de kapitaalsinjecties, maar vooral ook het menselijk kapitaal zal hier bepalend zijn voor hun succes.
We moeten ze overtuigen dat bij het runnen van een innovatief bedrijf ook innovatieve businessmodellen horen. Deze starters moeten een nieuwe manier van werken ontwikkelen waarbij ICT-profielen de vruchten plukken van de groei van de onderneming. Dit gecombineerd met de mogelijkheid voor de techneuten om bij een start-up hun stempel te drukken op een uniek en nieuw verhaal, moet hen over de streep kunnen trekken. Laten we dus niet wachten, maar de handen in elkaar slaan en ondernemen, mét lef, net zoals onze starters.